Inleiding Nederlandse Taalkunde
   

Fonetiek

Fonetiek gaat over hoe mensen geluid produceren en hoe mensen geluid interpreteren. Bijvoorbeeld, als je het woord ‘pen’ zegt begin je met je lippen tegen elkaar aan om een [p] te maken. Als je het woord ‘ken’ zegt begin je met de achterkant van je tong in je keel om een [k] te maken. Dit is de productie van geluid. Fonetici houden zich ook bezig met de ontvangst van geluid. Ze kunnen bijvoorbeeld een computer het woord ‘pen’ laten zeggen. Ze kunnen nu de computer het eerste geluid, [p], langzaam laten veranderen. Ze willen dan graag weten wanneer mensen geen [p] meer horen maar een ander geluid horen, bijvoorbeel [b]. Hierdoor krijgen ze informatie over hoe het brein (= de hersenen) onderscheid maakt tussen klanken.

We kijken nu eerst naar de productie van geluid.

Productie van geluid

We hebben zojuist het verschil beschreven tussen de productie van een [p] en de productie van een [k]. We gebruiken de vierkante haakjes, ] en [, voor de >fonetische transcriptie van geluid. Het woord transcriptie betekent: de manier waarop je iets opschrijft. In dit geval betekent het dat we het geluid aan het begin van het woord ‘pen’ op papier opschrijven als [p]. Let op dat dit niet hetzelfde is als de letter p, het gaat over de klank [p]. Dit is niet altijd hetzelfde. Bijvoorbeeld in het woord ‘optie’ schrijven we een t maar we spreken de klank [s] uit (opsie).

We kunnen klanken indelen in verschillende groepen. Een manier om ze in te delen is in >klinkers en >medeklinkers. Klinkers worden vaak gemaakt met je mond open. De lucht kan in één keer van je longen naar buiten. Bij medeklinkers wordt de lucht ergens in je mond tegengehouden, bij de [p] bijvoorbeeld bij je lippen.

In het Nederlandse alfabet zitten 26 letters: 5 klinkers en 20 medeklinkers. De ‘y’ is soms een klinker (in ‘baby’ ) en soms een medeklinker (in ‘yoghurt’).

klinkers medeklinkers
a b
e c
i d
o f
u g
y h
  j
  k
  l
  m
  n
  p
  q
  r
  s
  t
  v
  w
  x
  z

We hebben al gezien dat letters niet altijd hetzelfde zijn als klanken (bijvoorbeeld in het woord ‘optie’). Voor het beschrijven van spraak kunnen we het bovenstaande alfabet dus niet goed gebruiken.We hebben een >fonetisch alfabet nodig om de klanken van een taal te beschrijven.

Een bekend fonetisch alfabet voor alle talen is het @International Phonetic Alphabet [Engelstalige webstek van de International Phonetic Association. Je vindt er o.a. een afbeelding van het internationale fonetische alfabet]. Alle medeklinkers van alle bekende talen uit de wereld staan in het onderstaande overzicht. Let op: het gaat hier over klanken en niet over letters.

The International Phonetic Alphabet - click to view detail
(overzicht met dank aan de >International Phonetic Association)

De klanken zijn ingedeeld op de manier waarop ze worden geproduceerd (verticaal) en de plaats waar ze worden geproduceerd (horizontaal). Het volgende plaatje laat zien wat de verschillende plaatsen van productie zijn (klik op het plaatje om het te vergroten).

Head

De plaats van productie van medeklinkers

De plaats van productie zal je duidelijk worden in het volgende overzicht:

De klanken [p], [b] en [m] zijn >bilabiaal. Dat betekent dat ze met twee lippen tegen elkaar aan worden gemaakt. De klanken komen voor in de woorden paal’, ‘boek’ en ‘mens’.

De [f], [v] en [υ] zijn >labiodentaal. Dat betekent dat je onderlip je tanden aanraakt. De klanken komen voor in de woorden fiets’ [f], ‘oever’ [v] en ‘water’ [υ].

De [t], [d], [n], [r], [s], [z], [l] en ook [ʃ] en [ʒ] (zie het overzicht van de IPA) zijn allemaal >alveolair. Dit betekent dat de voorkant van je tong de tandkassen aanraakt. De tandkassen zitten net achter je tanden, bovenin je mond. Probeer zelf maar eens een [t] te maken. Waar is de voorkant van je tong?
De klanken zitten in de volgende woorden: [t] in ‘tafel’, [d] in deur’, [n] in neus’, [r] in ramp’, [s] in soep’, [z] in zuur’ en [l] in leuk’. Niet alle Nederlanders hebben een alveolaire [r], sommigen maken een [r] in de keel. De [ʃ] en [ʒ] komen alleen voor in leenwoorden, zoals het Engelse shoppen’ [ʃ] en het Franse jeu de boule’ [ʒ].

De [j] is >palataal. Het palatum is het stuk achter je tandkassen. Zo kan je het vinden: begin met je tong tegen je tanden (boven). Ga naar achter met je tong. Je voelt achter je tandkassen een hard stuk gehemelte. De [j] komt voor in het woord jaar’.

De [k], [g] en [ŋ] zijn >velair. Het >velum is het zachte gehemelte achter het palatum. Ga met je tong vanaf het palatum nog verder naar achteren (niet makkelijk!) tot je voelt dat het gehemelte zachter wordt. Dit is het begin van het velum. De [k] komt voor in kind’ en de [ŋ] in bijvoorbeeld ‘long. De klank [g] komt niet voor in het Nederlands maar wel in leenwoorden, zoals: goal’. (Let op: de klank [g] is niet hetzelfde als de letter ‘g’!)

De >uvulaire [x] is een typisch Nederlands geluid. De >uvula, of de >huig, is het stukje vlees dat aan het eind van je velum hangt. [x] wordt geschreven met de letter ‘g’ of met ‘ch’. De [x] komt voor in de woorden gaan’ ,‘hagelslag en ‘lach. De huig hangt bijna in je keel. Sommige mensen die Nederlands leren vinden de [x] klinken alsof je je keel schraapt. Waarschijnlijk spreken deze mensen de [x] te veel achter in de keel uit. De [x] komt ook voor in het Duitse ‘achtung’ of het Schotse ‘Loch Ness’.

Als laatste is er nog de >glottaal, de [h]. De [h] komt voor in de woorden huig’ en haas’.

Als we alle Nederlandse medeklinkers in één overzicht zetten krijgen we dit:

Dutch consonants in an IPA chart
(>Nederlandse medeklinkers: gebaseerd op het handboek van de IPA)

Schrijf op waar de volgende Nederlandse klanken worden geproduceerd (plaats van productie).

[f] [k] [b] [x] [s]

:: antwoord ::

De manier van productie van medeklinkers

De [p] en de [b] worden allebei op dezelfde plaats uitgesproken. Ze zijn beide bilabiaal. Toch zijn het verschillende klanken. Dit komt omdat je de [b] uitspreekt met trillende stembanden. De stembanden zijn een soort snaren in je keel. De snaren maken geluid als ze strak staan en er lucht langskomt. Dit gebeurt bijvoorbeeld als je een klinker uitspreekt. Maar ook bij sommige medeklinkers. Bijvoorbeeld bij de [b]. We noemen de [b] daarom >stemhebbend. De [p] is >stemloos.

Het verschil wordt je duidelijk als je je vinger op je keel legt en de klank [s] maakt (gewoon door ‘ssssss’ te zeggen). Houd je vinger op je keel en maak nu de [z] (door ‘zzzzzz’ te zeggen). Als je de ‘zzzzzz’ maakt voel je je stembanden trillen. Dit komt omdat [z] stemhebbend is. [s] is stemloos. Op de kaart van het IPA staan de stemloze klanken links ([p] staat links van [b]).

(Als je de [z] klank moeilijk vindt, kan je het verschil ook voelen door eerst een [s] te maken (‘ssssss’) en dan een [a] (‘aaaaa’). Met je vinger op je keel voel je je stembanden trillen bij de ‘aaaaa’.)

De [d] en de [n] zijn allebei alveolair. Ze worden dus op dezelfde plaats uitgesproken. Toch zijn het verschillende klanken. Dit komt omdat de manier van productie verschillend is. Een >plosief is een klank waarbij de lucht uit de longen even wordt gestopt en dan plotseling weer wordt vrijgelaten. Hierbij is er een soort explosie van lucht. Dit kan je horen als je een [p] maakt (zeg geen ‘peeeh’ maar gewoon ‘p’). Een >nasaal geluid maakt gebruik van de neusholte. Andere geluiden gebruiken alleen de mondholte (zie het plaatje van het hoofd hierboven). Het verschil is duidelijk als je een [m] maakt (‘mmmmm’). Je maakt geluid maar je lippen zitten tegen elkaar. Dit komt omdat de lucht door de neusholte gaat. De [d] is een plosief en de [n] is nasaal. Het zijn dus verschillende klanken, ook al is de plaats van productie gelijk.

De Nederlandse [r] wordt op meerdere manieren uitgesproken. Twee veel voorkomende manieren zijn de alveolaire [r] en de huig [ʀ]. De huig-r lijkt een beetje op een [x], een rollende ‘r’ achter in de keel.

Er zijn nog twee manieren van productie van klanken. >Fricatieven zijn klanken waarbij de lucht niet helemaal wordt tegengehouden, zoals bij plosieven wel gebeurt. De lucht ontsnapt door een kleine opening ergens in de mondholte. Een goed voorbeeld is de [f] (‘fffff’) waarbij de lucht tussen de tanden en de lippen door ontsnapt. Een ander voorbeeld is de [s] (‘sssss’). Hier ontsnapt de lucht tussen de tanden door. De [s] is dus een alveolaire fricatief.

>Approximanten, tenslotte, lijken erg op fricatieven. Het verschil is dat de lucht nog minder wordt tegengehouden. Het verschil is duidelijk te voelen als je eerst een [f] maakt (fricatief) en dan een een Nederlandse ‘wwwww’ (=[υ], labiodentaal!). De [f] kost meer moeite en de lucht uit je longen is eerder op.

De verschillende manieren van productie die belangrijk zijn voor het Nederlands zijn dus: plosief, nasaal, fricatief en approximant.

Klinkers

Klinkers zijn klanken waarbij de lucht nergens wordt tegengehouden in de mond- of neusholte. De lucht stroomt in één keer van je longen, langs je stembanden en je mondholte, naar buiten. Het verschil tussen de verschillende klinkers ontstaat door de positie van de tong en de vorm van je mond. Hier is de IPA kaart van klinkers:

Vowels
(met dank aan de >International Phonetic Association)

Zoals je kunt zien zijn de symbolen voor klinkers niet zo makkelijk als die voor medeklinkers. Gelukkig hoeven we alleen maar de Nederlandse klinkers te bespreken.

Voordat we ons zorgen maken over de symbolen moeten we eerst het diagram van het IPA begrijpen. De kaart stelt een mond voor van iemand die naar links kijkt (de neus wijst naar links). Horizontaal staan in dit figuur de woorden VOORAAN-MIDDEN-ACHTERAAN. Links in het figuur betekent voor in de mond, rechts in het figuur betekent achter in de mond. De verticale woorden, GESLOTEN– GESLOTEN MID–OPEN MID - OPEN, gaan over de positie van de tong. Bij OPEN is de tong heel laag en is de mond bijna helemaal open. Bij GESLOTEN is de tong dichtbij het gehemelte en is de mond bijna dicht. Met de IPA kaart kunnen we dus leren waar een klinker wordt uitgesproken. Je moet wel goed oefenen om dit te begrijpen. De [ɑ], zoals in het woord ‘bad’, wordt achterin de mond uitgesproken met de mond ver open (kaak naar beneden). De [i], zoals in ‘bit’, wordt voor in de mond uitgesproken met de mond bijna dicht.

In het volgende overzicht staan alle Nederlandse klinkers. Een dubbele punt ( : ) achter een klank betekent dat de klank langer is.

IPA: voorbeeld
ɪ: bit
ʏ: hut
ɛ: bed
Ə: ‘t
ɑ: bad
ɔ: bot

i: biet
y: fuut
e: beet
ø: neus
a: zaad
o: boot
u: hoed

i: analyse
y: centrifuge

en nog een aantal leenklanken:
ɛ: serre
œ: oeuvre
ɔ: zone
u: cruise

(voorbeelden uit het handboek van de IPA)

Het zou te veel tijd kosten om de precieze uitspraak van al deze klanken hier duidelijk uit te leggen. Ons advies is om veel naar Nederlandse spraak te luisteren. De IPA kaart kan je helpen om je uitspraak van de klanken te verbeteren.(Ook op het internet kan je veel Nederlandse radio- en televisieuitzendingen vinden.)

De klinkers die we tot nu toe hebben besproken zijn >monoftongen. In een >monoftong is de uitspraak aan het begin en het eind van de klank hetzelfde. Bijvoorbeeld [e:], als in ‘beet’. Er zijn ook >diftongen. In een >diftong is de uitspraak aan het begin van de klank anders dan het eind van de klank. Bijvoorbeeld [ɛi], als in ‘ei’. Het woord ‘ei’ begint met de [ɛ], als in ‘bed’, en eindigt met de [i], als in ‘ziet’. Toch noemen we het één klank, het is een diftong. Hieronder staan drie diftongen van het Nederlands:

IPA: voorbeeld
ɛi: ei
œy: ui
ʌu: zout

Je kan de uitspraak van de diftongen vinden door de IPA klinkers te gebruiken. Zoek eerst de eerste klank van de diftong op (in ‘ei’ is dit [ɛ]) en dan de tweede (in ‘ei’ is dit [i]). Probeer nu een geluid te maken waarbij je van de eerste klank naar de tweede 'glijdt'. Om te oefenen kan je eerst diftongen uit je eigen taal opzoeken en uitspreken.

Alle Nederlandse klinkers en de plaats van productie staan in de volgende IPA kaart:

Dutch Vowels
(>gebaseerd op het handboek van de IPA)

Een belangrijke factor in hoe een klinker klinkt is de stand van de lippen. Je hebt geronde lippen als je een [o:], als in ‘boot’, zegt. We noemen de [o:] een geronde klinker. De [ɛ], als in ‘bed’, noemen we een >ongeronde klinker.

We hebben nu genoeg informatie om de uitspraak van een klinker in detail te bespreken. Bijvoorbeeld, de [u], als in ‘hoed’, is een gesloten en geronde achterklinker en de [ɛ] is een open-mid ongeronde voorklinker.

De IPA kaarten voor het Nederlands zijn gebaseerd op hoogopgeleide Nederlanders van middelbare leeftijd die in het westen van Nederland wonen. In andere gebieden van Nederland kan de uitspraak dus anders zijn. Als je je eigen uitspraak wilt oefenen is het een goed idee om eens naar jezelf te luisteren. Je kan je opnames vergelijken met moedertaalsprekers van het Nederlands die je op televisie of radio kan horen.

Als je je uitspraak wilt verbeteren kan je het volgende doen: Pak een spiegel en oefen de klinkers en medeklinkers van het Nederlands. Let goed op je lippen en je tong. Vergelijk dit met de IPA kaarten. Verander de positie van je tong of lippen en merk op hoeveel verschil dit kan maken.

Fonetiek met meer detail

Voordat we verder kunnen met het hoofdstuk over fonologie willen we nog één ding vertellen. Het lijkt misschien alsof alle klanken één waarde hebben, alsof ze altijd precies hetzelfde worden uitgesproken. Dit is helaas niet waar. Ten eerste verschillen sprekers en daardoor verschilt hun uitspraak van klanken ook. Mannen praten bijvoorbeeld vaak lager dan vrouwen. Maar er is nog een belangrijker verschil. Klanken kunnen elkaar beïnvloeden. Bijvoorbeeld de [i] in ‘biet’ klinkt korter dan de [i] in ‘bier’ . Dit komt omdat de klanken achter de [i] in beide woorden anders zijn (een [t] in ‘biet’ en een [r] in ‘bier’). De uitspraak kan verschillen in verschillende fonetische omgevingen. Ondanks deze verschillen vinden we de [i] in ‘bier’ en’ biet’ toch dezelfde klank. Dit is iets bijzonders van taal. Klanken die natuurkundig heel erg op elkaar lijken (als je ze meet met apparatuur) kunnen wij toch als verschillende klanken begrijpen. Tegelijk kunnen we klanken die natuurkundig helemaal niet op elkaar lijken behandelen als dezelfde klank. Dit is één van de redenen dat bijvoorbeeld sprekers van het Chinees moeite hebben met de Nederlandse [l] en [r]. Dit, en meer, bespreken we in het volgende hoofdstuk over fonologie.

Schrijf de uitspraak van de volgende woorden op met behulp van het IPA woordenboek.

Bier
Boer
Piet
Knal
Uitspraak

:: antwoord ::

(Als je meer wilt lezen over fonetiek kun je de Engelstalige website van het @IPA [Engelstalige webstek van de International Phonetic Association. De webstek is interessant voor al wie op wetenschappelijke wijze bezig is met fonetiek] of van UCL medewerker @John Wells [Persoonlijke webstek van Prof. John Wells. Deze Engelstalige site biedt een reeks interessante links voor wie meer wil lezen over fonetiek] bezoeken)

VOLGENDE>
(fonologie)