de lering: zn. = het onderricht, het meedelen van wijsheid
lichtvoetig: adj. = niet al te ernstig
didactisch: adj. = lerend
impliciet: adj. = stilzwijgend erin begrepen
de alomtegenwoordigheid: zn.= het altijd en overal aanwezig zijn
dogmatisch: adj. = op een dogma of leerstelling gebaseerd
afbakenen: ww. = hier: de grenzen van iets duidelijk bepalen
onmiskenbaar: adj. = duidelijk waarneembaar